Westlandse
Bedevaarten
Steun ons

75 jaar na dato - Nooit meer een Auschwitz

Geplaatst op: 30 januari 2020

De herdenking van de bevrijding van het voormalig vernietigingskamp Auschwitz-Birkenau, deze maand 75 jaar geleden, heeft in de media veel aandacht gekregen. Vanzelfsprekend. Veel rapportages van herdenkingsbijeenkomsten. Maar ook veel interviews met de laatst nog in leven zijnde mensen, die de verschrikkingen van het kamp hebben overleefd. Even vulde de herdenkingsbijeenkomsten en de interviews de nationale tv-stations en dagbladen. Je kon er niet omheen.

Bij het zien van die rapportages en het lezen van die interviews gingen mijn gedachten onmiddellijk terug naar 2017. Even vielen die gedachten en herinneringen samen met mijn bezoek aan het voormalig vernietigingskamp Auschwitz-Birkenau. In dat jaar waren wij met een grote groep pelgrims uit het Westland op bedevaart in Polen.
Het kan niet anders dan dat velen van die groep, nu 75 jaar na dato, zich dat bezoek nog heel goed kunnen herinneren. Een herinnering waarvoor nauwelijks woorden zijn te vinden. Een herinnering waar je onafgebroken een plaats voor probeert te vinden. Maar die eigenlijk nooit vindt en daardoor voor altijd met je meedraagt. Een ervaring die sprakeloos maakt maar niet vervliegt. Dat hadden we daar met elkaar gemeen.

Die sprakeloosheid was er ook in de bus naar het hotel, na afloop van ons bezoek aan het voormalig vernietigingskamp. Voor dat moment had pastoor Jaap Steenvoorden een kort gedicht geschreven. Even, maakte stilte en sprakeloosheid in de bus plaats voor woorden die uitdrukking probeerde te geven aan wat nauwelijks onder woorden is te brengen. Maar toch gezegd moeten worden. Nooit meer een Auschwitz.

Die woorden vormen voor mij de afsluiting van het moment, nu 75 jaar na dato, toen bij het kijken naar de rapportages en het lezen van de interviews mijn gedachten even samenvielen met het bezoek van de pelgrims uit het Westland aan het voormalig vernietigingskamp Auschwitz. 

Charles Groot

 

Gedicht Auschwitz

75 jaar na dato

Uitgesproken na het bezoek aan Auschwitz en Auschwitz-Birkenau op zondag 18 juni 2017 in het kader van de Westlandse bedevaart naar Polen. Zullen we samen even nadenken?

In de stilte duizenden namen gedenken. Stil staan bij een geschiedenis waar geen woorden voor zijn, velen dragen 72 jaar na dato nog steeds de littekens en pijn. Onschuldige mensen gedeporteerd, mishandeld en vermoord, dat heeft het geloof in de mensheid blijvend verstoord. Wat wij gezien en gehoord hebben gaat elke voorstelling te boven, waar mensen toe in staat zijn, dat is werkelijk niet te geloven. God werd hier geslagen, vernederd, gekruisigd, vergast en gedood, zo deelde HIJ het lot van Joden, verzetsmensen, homo's en zigeuners in hun nood. Pater Maximiliaan Kolbe gaf zijn leven voor een huisvader van een gezin, Jezus gaf aan zijn lijden diepe zin. Door het offer van zijn leven, heeft hij aan het gezin hun vader teruggegeven. Meer dan miljoen namen vertellen hier allemaal een eigen verhaal, in het Hebreeuws, Pools, Nederlands, Frans, Duits en menig andere taal. In de stilte van onze harten willen wij hen met eerbied gedenken en ook aan de schending van mensenrechten tegenwoordig denken. Laten wij hopen dat respect en verdraagzaamheid het zullen winnen, en laten we daar in onze eigen omgeving steeds weer mee beginnen. Auschwitz leert de wereld op indringende wijze hoe het niet moet, maar laten wij blijven geloven in de mens die het wél goed doet. Jaap Steenvoorden

Nooit meer een Auschwitz.



<< Terug naar het nieuwsoverzicht