Zondagmorgen 1 september, de wekkers gaan af rond 07.00 uur. Met elkaar hebben we afgesproken om 07.30 uur te beginnen met het afbreken van de tenten. De lucht is helder, het is nauwelijks koud, windstil, ideaal weer voor deze klus. Vele handen maken licht werk, de klus was binnen het uur geklaard. Mooi op tijd klaar voor het ontbijt om 08.45 uur. Dan nog even de lunchpakketten halen voor onderweg en ons afscheid met Taizé kan echt beginnen. Klokslag 09.45 uur stapten we, moe maar voldaan, in de bussen voor onze terugreis naar Nederland. In ons midden ditmaal een verstekeling, Reint, een jonge student uit Alkmaar die vervoer zocht naar Nederland. Zo hadden we ook nog aan een Nederlandse meisje uit Nijmegen en een Vlaming uit Brussel een lege zitplaats aangeboden. Maar zij konden met anderen meerijden. Taizé heeft voor ieder van ons grote indruk gemaakt. Met een weekje Taizé hebben we ook gezien hoe goed we het hebben in ons dagelijks leven. We zijn van alle gemakken voorzien. In Taizé hebben we aan den lijve ondervonden dat niet alles vanzelfsprekend is. Uw verslaggever bijvoorbeeld heeft op diverse plekken zijn werkzaamheden verricht, zelfs in de toiletruimte, om een verslag te kunnen schrijven. Maar ook een internetverbinding om het verslag op de website te plaatsen was niet altijd beschikbaar. Al met al is het ons toch redelijk gelukt om via dit medium een beeld te schetsen van ons verblijf in Taizé. Zo vlak voor 21.30 uur arriveerden we terug in ons vertrouwde Westland. Met het zingen van het Taizé-lied ‘Meine Hoffnung und meine freude’ (hoop en vreugde) gearmd met elkaar in een kring, werd onze reis naar Taizé afgesloten. ‘Meine freude’, door uw verslaggever ook wel gezongen als 'meine freunden', geeft precies weer hoe we de hele week met elkaar zijn omgegaan: hoop, vreugde en vriendschap!
Wieke-Jits, Vera, Shanti, Ronald, Ina, Gert-Jan, Joris, Anouk, Petra, Diana, Dorine, Lisette, Martijn, Marijke, Marjolein, Nico, Johnny, Esther, Evelien en Merle.